De ‘S’ van vlinderSmoothie
Vanaf de Splijtstofkamer op de 17e verdieping van het Erasmusgebouw kijk ik neer op het S-vormige gebouw. De ‘S’ van Sociale wetenschappen, vermoedelijk. Ik kwam hier om de planten in leven te houden, maar mijn gedachten dwalen af. Ik moet denken aan een poos geleden, toen je een aandenken kon krijgen aan het bouwwerk uit wiens puin de ‘S’ verrijst: een TvA-baksteen.

Moet je je voorstellen: de geest van TvA – niet de kalige corpulente denker die begaan was met alles wat goed en heilig is, maar het kalige corpulente bouwwerk dat verlaten was door alles wat goed en heilig is – gevangen in een steen. Wat een souvenir! Brokken Berlijnse muur, eat your heart out.
“Het mag geen twijfel lijden dat een TvA-steen een object is met bovennatuurlijke krachten”
Het mag geen twijfel lijden dat een TvA-steen een object is met bovennatuurlijke krachten. Leg ‘m in je linker handpalm, wrijf erop met je rechter, en zie: drie wensen zijn je ontnomen en je bent hopeloos verdwaald. ‘De steen der wijzen’, zou ik ‘m noemen, naar het feit dat je zelden op een locatie kwam die je nog niet bekend was zonder een X aantal behulpzaam wijzende vingers.

Het voorwerp laat zich eenvoudig voor de geest halen: een lichtgrijze grofkorrelige baksteen. Zo één waaraan we bungalows in vakantieparken te danken hebben. Deze exemplaren hadden echter weinig met vakantie te maken.1 Hoogstens kan men stellen dat ze zelf terugkeerden van een lange vakantie: een vakantie van schoonheid – even helemaal weg van de drukte omtrent alles wat oogt.
In m’n gedachten liep ik al over het Erasmusplein, een forse pikhouweel meeslepend die omineus over de stoeptegels krast. De organisatie van het hele gebeuren moest – gezien de hele aard van het project – mijn gevoel voor dramatiek wel delen, maar wilde het ontstaan van dat soort krassen waarschijnlijk voorkomen. Men diende het artefact namelijk ordinair te reserveren, waarna het kant-en-klaar afgehaald kon worden. Een heus certificaat van TvA-heid werd bijgesloten, alsof deze patatten nog zout behoefden.
“Dromen die zich makkelijk laten delen laten zich vaak lastig verwerkelijken.”
In weer andere – minstens zo plezierige – gedachten stond de baksteen al pontificaal op m’n schoorsteenmantel (ik ben in het bezit van schoorsteen noch schoorsteenmantel, maar in het licht van het bemachtigen van de steen leek hun constructie even triviaal als noodzakelijk). Zo snel, echter, als mijn dromen over mantel-altaars op kwamen borrelen, zo snel spatten ze uiteen. Dromen die zich makkelijk laten delen laten zich vaak lastig verwerkelijken.2 De oplage was klein, de vraag groot. De stenen waren vergeven. Ik was te laat – precies wat het bouwwerk had gewild.
Nu de nieuwe stulp van sociale wetenschappen haar vleugels spreidt moet ik aan vlinders denken. Niet vanwege de twee vleugels. Ook niet vanwege clichés over transformatie en schoonheid. Wél wegens het feit dat vlinders zich dingen schijnen te herinneren van hun bestaan als rups, ondanks dat ze in hun coconfase volledig uit mushy vlindersmoothie bestonden. Vanaf de Splijtstofkamer kijk ik neer op het S-vormige gebouw. God sta ons bij.